Het is voor ondernemers van essentieel belang om op de hoogte te zijn van de risico’s dat ze als werknemers kunnen worden beschouwd. Met de recente ontwikkelingen rondom de Wet Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoedens (Wet VBAR), wordt dit risico steeds concreter, vooral voor de zelfstandige zonder personeel. In deze nieuwe wetgeving worden striktere kaders gesteld om de grens tussen werknemerschap en zelfstandig ondernemerschap duidelijk te maken. Hieronder een aantal van de belangrijkste risico’s en voorbeelden van situaties waarin ondernemers, onbewust, als werknemers kunnen worden aangemerkt.
8 november 2024
Gezagsverhouding als sleutelcriterium
Een van de belangrijkste kenmerken van een arbeidsovereenkomst is de gezagsverhouding. Dit houdt in dat de ondernemer werkzaamheden uitvoert “in dienst van” een opdrachtgever, waarbij de opdrachtgever de inhoud en organisatie van het werk aanstuurt. In de praktijk is dit een belangrijk punt van discussie. Veel zelfstandigen voeren werk uit in een situatie waarin de opdrachtgever een aanzienlijke mate van controle en sturing uitoefent. Dit kan leiden tot de kwalificatie als werknemer. Het Deliveroo-arrest is een goed voorbeeld. In dit arrest werd ondanks de mogelijkheid tot vervanging toch geoordeeld dat er sprake was van een arbeidsovereenkomst vanwege de mate van gezagsuitoefening door de opdrachtgever.
Schijnzelfstandigheid: risico’s voor ondernemer én maatschappij
Een ander risico is schijnzelfstandigheid, waarbij iemand zich presenteert als zelfstandig ondernemer, terwijl hij of zij in juridische zin feitelijk als werknemer werkt. Dit brengt niet alleen risico’s met zich mee voor de zelfstandige zelf, zoals verlies van zelfstandigenaftrek en andere fiscale voordelen, maar ook voor de maatschappij. De regering is van mening dat schijnzelfstandigheid ondermijnend is voor het sociale zekerheidsstelsel, aangezien schijnzelfstandigen vaak geen premies afdragen aan sociale voorzieningen zoals zorg en AOW.
Tariefgrens en rechtsvermoeden arbeidsovereenkomst
Een nieuwe ontwikkeling binnen de Wet VBAR is de invoering van een rechtsvermoeden van een arbeidsovereenkomst bij een uurtarief van minder dan €36. Wanneer een ondernemer tegen een lager tarief werkt, wordt er vermoed dat hij of zij een werknemer is, tenzij het tegendeel bewezen kan worden. Dit rechtsvermoeden is bedoeld om kwetsbare werkenden te beschermen, maar kan ook grote gevolgen hebben voor ondernemers die bijvoorbeeld in sectoren met lage tarieven werken.
Praktijkvoorbeelden uit de jurisprudentie
Naast het Deliveroo-arrest zijn er nog andere uitspraken die illustreren hoe een ogenschijnlijk zelfstandige relatie toch kan worden omgezet in een arbeidsovereenkomst. Bijvoorbeeld een casus van een houthandel waarin timmerlieden jarenlang als zelfstandige werkten, maar waarbij uiteindelijk werd geoordeeld dat er geen sprake was van een arbeidsovereenkomst omdat zij niet voldoende waren ingebed in de organisatie van de houthandel.
Gevolgen voor ondernemers
Als ondernemer kunt u geconfronteerd worden met herclassificatie van uw werkzaamheden als werknemerschap. Dit kan financiële gevolgen hebben, zoals naheffingen voor loonbelasting en premies werknemersverzekeringen. Ook kan het verlies van fiscale voordelen, zoals de zelfstandigenaftrek en MKB-winstvrijstelling, een grote impact hebben op uw bedrijfsvoering.
Conclusie
Het is duidelijk dat de Wet VBAR nieuwe kaders schept voor de beoordeling van arbeidsrelaties en de grens tussen zelfstandigheid en werknemerschap. Voor ondernemers is het essentieel om zorgvuldig te beoordelen onder welke voorwaarden zij werken en of er wellicht sprake is van een gezagsverhouding. Wij raden onze klanten aan om, waar nodig, de arbeidsrelaties te laten beoordelen om mogelijke problemen in de toekomst te voorkomen.
Heeft u vragen over uw specifieke situatie of wilt u uw arbeidsrelatie laten beoordelen? Neem dan contact met ons op. Bij Bruins | administratie • belasting • advies helpen wij u graag verder om risico’s te vermijden en uw positie te beschermen.
Naschrift: in een brief van 8 november 2024 meldt de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid dat de belastingdienst normaal gesproken niet verder teruggaat dan tot 1 januari 2025 (of maximaal 5 jaar eerder) maar dat pensioenfondsen terug kunnen gaan tot het begin van de werkzaamheden.
NOAB KEURMERK
De Nederlandse Orde van Administratie- en Belastingdeskundigen (NOAB) is een branchevereniging met ruim 1.000 aangesloten kantoren.
Deze aangesloten administratie- en belastingadvieskantoren bedienen tezamen ongeveer 175.000 ondernemers in het MKB-segment, waarbij het ontzorgen, begeleiden en adviseren van de ondernemer centraal staat.